Mijn man en ik lopen een stukje van de Camino net boven Saint-Jean-Pied-de-Port. De Pyreneeën groeien onder onze voeten omhoog. Met het zweet op de rug zien we de gieren stijgen op de vroege ochtendthermiek. Af en toe passeren we medewandelaars op weg naar Santiago de Compostella.
Vanaf het begin van onze reis worden onze stappen begeleid door het geluid van krekels. Als we langs een steile berghelling lopen, hoor ik er één wel heel hard zijn best doen. We besluiten op onderzoek uit te gaan. ‘Tutten’, noemen we dat. In feite zijn we ontdekkingsreizigers. Onze wandelingen duren altijd twee keer zo lang als aangegeven staat.
Ik beklim de helling en ontdek na enig speuren het tjirpende insect. Hij is glanzend zwart, kort, dik en zit op een platte steen voor zijn holletje in de zon. Ik kijk nog beter om me heen en zie allemaal privé-appartementjes met balkon verspreid tussen de ruige begroeiing.
Als we verder lopen, bekijken we het landschap met totaal andere ogen nu we ons ervan bewust zijn dat we het met zoveel anderen delen.
Zo geniet ik ook van mijn vak. Elke coachingsessie is als een reis. Een fantastische wandeling door een landschap waar telkens iets nieuws te vinden is door nog beter te kijken, te luisteren, te voelen en te onderzoeken.
Als ik samen met de coachee na anderhalf uur terug kom bij de stallen, lijkt het alsof we de Pyreneeën zijn overgestoken, steile hellingen hebben beklommen, nieuwe vergezichten hebben ontdekt, en verbazen we ons over het feit dat onze voeten op de vette klei van het hoge noorden staan. Weer een geslaagde expeditie.