31 december 2016, het is mistig, we rijden in onze Hyundai Elantra op de A50 terug naar huis, luisterend naar politici op radio 1. De weg ontvouwt zich via zalvende woorden, normen en waarden, beschuldigingen, schuldbekentenissen en Pavlov reacties van VVD naar CDA naar SP. Ik kan het niet meer aan. Zet maar uit.
Polariseren, competitie, verpissen en gemeenplaatsen. Mijn man ontvouwt een vergezicht. Stel dat we niet tegen elkaar, maar met elkaar naar oplossingen zoeken. Stel dat we asielzoekers opvangen en samen met hen onderzoeken wat zij straks, als de oorlog voorbij is, nodig hebben om hun land weer op te bouwen. Stel dat we hen, samen met hen, onderwijzen, opleiden in wederopbouw. Dat we gemeenschapen creƫren die nadenken over hoe verder als het vuur gedoofd is. Uitgerust met een diploma, een plan, een gemeenschap van gelijkgezinden terug naar hun land dat hen bitter hard nodig heeft om te herrijzen.
Een vergezicht betaald door de Europese Unie, vanuit broederschap, vanuit nooit meer oorlog, in plaats van geleuter over het wel of niet failliet van integratie. Vluchtelingen hoeven niet te integreren, ze moeten uitgerust worden om hun land weer op te bouwen.
Samen lerend zouden ook wij hierdoor kunnen groeien. Waarlijk probleemgestuurd onderwijs, hogescholen en universiteiten die hun grenzen verleggen, nieuwe kennis op moeten doen, nieuwe didactieken moeten ontwikkelen, waarlijk recreativ worden. Stel je eens voor, een wederopbouwacademie.
Voor deze plannen zou ik mijn stem en inzet geven. Voor de huidige zinloze algemeenheden geef ik geen stuiver.